donderdag 10 mei 2012

Communicerende vaten


De waardebepaling van de onderneming en de vaststelling van de hoogte van de alimentatie kunnen niet los van elkaar worden gezien. Deze samenhang wordt nogal eens uit het oog verloren zo is onze ervaring.

Ik beschrijf hierna een voorbeeld van een zaak waarin het (bijna) mis ging.
Peter (44) is werkzaam als freelancer in de IT. Marieke (44) is als zelfstandig ondernemer werkzaam als financieel interimmanager. Ze hebben twee kinderen Charlotte (9) en Chris (7).

Peter voert zijn werkzaamheden als IT-consultant uit vanuit een eigen BV. Zijn bruto salaris van € 85.000 heeft hij een aantal jaren geleden zelf vastgesteld. De hoogte van zijn bruto salaris is destijds bepaald op basis van zijn behoefte aan netto loon. Omdat Peter en Marieke prima rond kunnen komen heeft Peter zijn salaris daarna niet meer aangepast.

De BV van Peter heeft in 2010 een winst na belastingen behaald van € 45.000. Er waren voldoende opdrachten die hij tegen een goed uurtarief kan uitvoeren. De winst werd jaarlijks toegevoegd aan het eigen vermogen van de BV. Ieder jaar werd er vervolgens dividend uitgekeerd om vakantiereizen en grote uitgaven in de privé sfeer van te betalen.

Peter moest het afgelopen jaar vaak naar de buitenlandse vestiging in Italië voor zijn opdrachtgever. Daar leerde hij Christina kennen. De kennismaking liep uit op een amoureuze relatie en Peter besloot dit jaar om te breken met Marieke.

Onderling kwamen Peter en Marieke niet tot afwikkeling van de vaststelling van de alimentatie en de verdeling van de gemeenschappelijke boedel. De door hen ingeschakelde advocaat (helaas geen familierechtadvocaat) berekende vervolgens de alimentatie op basis van het bruto salaris verhoogd met het gemiddelde van de in de afgelopen jaren uitgekeerde dividenden.

Het ging vervolgens mis toen de waarde van de BV van Peter werd berekend op basis van de behaalde winsten in de afgelopen jaren. Immers die winsten waren in de vorm van het jaarlijkse dividend uitgekeerd en reeds als inkomen van Peter aangemerkt bij de berekening van de alimentatie. Er was derhalve sprake van een dubbeltelling!

Peter had zelf al het idee dat de berekening niet juist was. Toen wij elkaar op een netwerkbijeenkomst spraken werd zijn vermoeden bevestigd.

Na een aantal besprekingen bij mij op kantoor tezamen met de advocaat werd de eerder berekende waarde van de BV van Peter naar beneden bijgesteld. De BV bleek € 300.000 minder waard te zijn…

Hoek en Blok Corporate Finance
Rob de Bruijn RA RV

Telefoon: (0184) 496800

Geen opmerkingen:

Een reactie posten